ZIERIKCEA


Zierikcea: Zierikzee en Nicea tesamen

Zondagmiddag 30 december heb ik een plaats gekregen in een panel. Het was in de Thomaskerk, tijdens de slotbijeenkomst van een serie studiebijeenkomsten over de Geloofsbelijdenis van Nicea (325 na Chr.).
De organisatie van deze slotbijeenkomst had alles zeer goed voorbereid. Vrolijke en serieuze momenten, prachtige koormuziek en instructieve beelden op een beamer.
In dit gevarieerde programma had ik meer willen zeggen, duidelijker willen zijn. In dit artikel probeer ik die verduidelijking te geven.

In mijn eerste bijdrage heb ik kort uitgelegd dat onze lutherse Belijdenis van Augsburg eigenlijk geen geloofsbelijdenis is. Het is meer een getuigenis om keizer Karel de Vijfde te verzekeren dat Luther en de zijnen geen ketters zijn.

Later, in mijn tweede bijdrage, heb ik gesproken over het gebruik van de Bijbel door Luther en zijn medestanders en door de lutheranen in ons land in deze tijd.
Dit wilde ik om twee redenen: ik vond dat de bijbelse grondslag van de Geloofsbelijdenis van Nicea te calvinisch aan bod kwam. ‘Bewijsplaatsen’ werden lukraak uit het Nieuwe Testament geciteerd, alsof alles op het zelfde neer kwam.
Ten tweede: de meeste aandacht ging uit naar vragen over de noodzaak van de Geloofsbelijdenis van Nicea en de beleving daarvan door kerkmensen in het hier en nu.

Luther heeft in zijn felle discussies met de theologen van de paus herhaaldelijk gezegd: 'het Woord zult u laten staan.' Hiermee bekritiseerde hij het gezag van alle concilies na dat van Nicea. Van de Geloofsbelijdenis van Nicea vond hij dat deze eenvoudigweg de heilige Schrift nasprak.
Luther stelde, dat het Woord allereerst het gepredikte Woord is. Alleen de gepredikte Christus is belangrijk.

Luther wist dat het Woord aanvankelijk niet op schrift was gesteld, het was bedoeld om hardop uitgesproken te worden.
In de tijd dat de Geloofsbelijdenis van Nicea tot stand kwam was de bijbelboekenlijst nog niet samengesteld.
Luther gaf niet veel om een vastgestelde lijst bijbelboeken. Hij gebruikte de Septuaginta, de Griekse Bijbelvertaling die, vergeleken met het bijbelse Hebreeuws, grotendeels zeer onnauwkeurig is -- en dat wist hij ook wel.
Hij verwierp een instantie tussen de heilige Schrift en de prediking. Voor lutheranen (zeker in Nederland) is een geloofsbelijdenis, hoe belangrijk ook, altijd van ondergeschikt belang.

De Geloofsbelijdenis van Nicea spreekt over de heilige Schrift. De opstanding van Gods Zoon is 'secundum scripturas,' dat betekent: volgens de Geschriften. De Heilige Geest 'locutus est per prophetas', heeft gesproken door de profeten.
Hier is ook het gesproken Woord bedoeld. Profeten onder het Oude Testament én onder het Nieuwe, want er was profetie in de jonge Kerk: lees I Thessal. 5, 20, één van de oudste Paulusteksten.

Bij de meeste Nederlandse lutheranen fungeert de Confessio Augustana als een symbool van identiteit en eenheid, niet als een dwingend voorschrift. Het is het gepredikte Woord dat ons tot geloof brengt.
Let op de volgorde van de artikelen: rechtvaardiging en verkondiging komen al vanaf artikel vier aan de orde.


Paus Leo 14 ontmoet
patriarch Bartholomeus
De Apostolische Geloofsbelijdenis en de Geloofsbelijdenis van Nicea klinken in onze Liturgie. Zo is er een verbondenheid met de Kerk van alle tijden en plaatsen, om te beginnen met de oudchristelijke Kerk.
Wij zingen wij deze Geloofsbelijdenissen: een belijden van het mysterie, het geheimenis dat eigenlijk niet in woorden te vatten valt. Dit belijden heeft doorgaans een vaste plaats: na de Evangelielezing, dus vóór de prediking.

zangers in kerk of klooster


Willem Baan
emeritus luthers predikant

Dit artikel zal verschijnen in 't Zwaantje, het kerkblad van de Evangelisch-Lutherse Gemeente Zierikzee-Zeeland.
Jrg. 31 - no. 163 - voorjaar 2026


Iets over mijzelf

Na een dertigjarig predikantschap in verschillende lutherse kerkgemeenten kan ik mijzelf karakteriseren als voorganger en voorzanger

Het voorzangerschap kreeg er in Dordrecht een dimensie bij: mijn plaats als cantor in de Interkerkelijke Schola Cantorum Dordrecht e.o.. Door mijn initiatief is dit gregoriaanse koor in 1984 opgericht.